Bijbelboek: Johannes

De lezers van Johannes bevonden zich in dezelfde situatie als Thomas, die Jezus niet gezien had en daarom niet geloven kon. Niet zien, maar toch geloven, is dat mogelijk? De tijdgenoten van Jezus hadden Hem gezien en/of gehoord en ze geloofden. Nu breekt er echter een nieuwe tijd aan: niet zien en toch geloven. In deze tijd leven ook wij. Nu is het geloof uit het gehoor, en net zoals toen is de plaats waar we Jezus zien, de gemeentebijeenkomsten

Jezus’ heerlijkheid schittert in Zijn arrestatie. In de hof Getsémané overwon Hij waar Adam in de hof van Eden verloor. Hij treedt de vijand tegemoet met de vraag: wie zoekt u? Waarop Hij antwoordt: ‘Ego eimi’ IK BEN! Hij laat zien dat Hij Zich vrijwillig overgeeft, terwijl zoëven nog Zijn macht blijkt. Hij laat de Zijnen gaan, om alleen de drinkbeker van het lijden te drinken, Zijn Vader tot in de dood gehoorzamend

Petrus heeft veel onderwijs van Jezus gehad ‘m.b.t. Zijn lijden en sterven. Hij heeft dat niet ter harte genomen, heeft het zelfs met klem tegengesproken. Zelfs na de voetwassing had hij nog de les van het nieuwe gebod niet ten volle begrepen. De waarschuwing van Jezus dat de haan zou kraaien, na zijn verloochening, sloeg hij ook in de wind. De trots van de haan weerspiegelt de trots van Petrus, die pas na zijn verloochening gebroken werd

Jezus ontmaskert Judas, om de discipelen te waarschuwen. Hij zal niet overrompeld worden, maar Hij weet het al van tevoren. Het is bovendien in psalm 41 al voorzegd. Jezus wil de discipelen ook tot zelfonderzoek bewegen, omdat ze zojuist de les over dienen of heersen hebben gehad (voetwassing). Judas heeft hiermee nog één kans om zich te bekeren. En Jezus moest op het Pascha als hét Paaslam sterven, nú moest het gebeuren

Jezus tekent in de voetwassing wat Hij voor ons doet. Hij heeft Zich ‘ontledigd’ van Zijn goddelijke heerlijkheid, om ons te dienen. In ons wil Hij die verandering teweegbrengen, om de ander te dienen. Die heiliging moet als het goed is, voortkomen uit de Bron, dus niet als een horizontaal evangelie: lief zijn voor elkaar. Maar heiliging wel in deze zin: ‘Ik wil jou van harte dienen, en als Christus voor je zijn, bid dat ik genade vind, dat jij het ook voor mij zal zijn.’

Maria’ s liefde voor Jezus is zo groot, dat zij de kostbare nardus over Zijn voeten giet. Judas Iskariot maar ook de andere discipelen nemen haar dat zeer kwalijk. Zij achten dat verspilling omdat de waarde ervan aan de armen ten goede had komen komen. Maar Jezus prijst haar, omdat zij dit deed met het oog op Zijn begrafenis

Johannes laat in zijn Evangelie de gedachten van Jezus zien, de diepere beweegredenen, waarom Hij doet, wat Hij doet. Zo toont hij, dat de liefde van Jezus Hem bewoog om de hoge hemel te verlaten, Zich te ontledigen van Zijn Godheid (hoewel Hij deze niet aflegde), en de gestalte van een slaaf aan te nemen. Terwijl Hij in Zijn Godheid alle macht hield Zichzelf te verlossen. In die gestalte heeft Hij voor de Zijnen hun verlossing teweeggebracht

Jezus is heilig verontwaardigd, omdat het huis van Zijn Vader een ‘supermarkt’ is geworden. Die ijver verteerde Hem, nu al, maar straks volledig aan het kruis, toen Zijn tempel afgebroken werd. Zou Hij ook in onze gemeente de bezem erdoor halen? We denken met onze godsdienst God te behagen, maar is ons hart erin? Bij al onze activiteiten dient Híj in het middelpunt te staan, niet wij

De les van de voetwassing gaat dieper dan alleen Jezus’ voorbeeld van dienstbaarheid. Petrus wilde geheel gewassen worden, maar hij was dat al, door het ‘bad der wedergeboorte.’ Hij had al deel aan Christus. Maar wij moeten leren, dat onze ‘voeten’ die telkens bezoedeld worden door onze wandel in de wereld, altijd opnieuw gewassen moeten worden door de regen van het Woord